U gebruikt een verouderde browser. Wij raden u aan een upgrade van uw browser uit te voeren naar de meest recente versie.

SDG's, Targets en Indicatoren

Overzicht van de SDG's, behorende bij het  Basisboek Duurzame Ontwikkeling, editie 2025.

> De SDG's, Targets en Indicatoren zijn ook beschikbaar in het Engels en het Duits.

> Download de gehele set SDG's, Targets en Indicatoren in 3 talen, in de vorm van een spreadsheet.

De SDG's spelen een belangrijke rol in het boek, zoals wordt geïllustreerd met een klein deel van de inhoudsopgave:

        9.    Profit:  Duurzaam ondernemen

        9.1.    SDG 9:     Circulaire economie, echte prijzen
        9.2.    SDG 12:   Waarde, winst
        9.3.    SDG 8:     Economische groei, dematerialisatie
        9.4.    SDG 12:   ESG, Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen

> Ga naar:

SDG 1.   Roei armoede uit, overal en in alle vormen.

SDG 2.   Roei honger uit, bereik voedselzekerheid, verbeter voeding en bevorder duurzame landbouw.

SDG 3.   Verzeker een gezond leven en bevorder welzijn op elke leeftijd.

SDG 4.   Verzeker gelijke toegang tot kwalitatief goed onderwijs en bevorder levenslang leren voor iedereen.

SDG 5.   Bereik gendergelijkheid en empowerment voor alle vrouwen en meisjes.

SDG 6.   Verzeker beschikbaarheid en duurzaam beheer van water en sanitaire voorzieningen voor iedereen.

SDG 7.   Verzeker toegang tot betaalbare, betrouwbare, duurzame en moderne energie voor iedereen.

SDG 8.   Bevorder aanhoudende, inclusieve en duurzame economische groei, volledige en productieve werkgelegenheid
               en eerlijk werk voor iedereen.

SDG 9.   Bouw veerkrachtige infrastructuur, bevorder inclusieve en duurzame industrialisatie en stimuleer innovatie.

SDG 10. Verminder ongelijkheid binnen en tussen landen.

SDG 11. Maak steden en gemeenschappen inclusief, veilig, veerkrachtig en duurzaam.

SDG 12. Verzeker duurzame consumptie- en productiepatronen.

SDG 13. Onderneem urgente actie om klimaatverandering en de gevolgen ervan tegen te gaan.

SDG 14. Conserveer en maak duurzaam gebruik van oceanen, zeeën en mariene hulpbronnen voor duurzame ontwikkeling.

SDG 15. Bescherm, herstel en bevorder duurzaam gebruik van ecosystemen op land, beheer bossen duurzaam, bestrijd
               woestijnvorming, bestrijd en herstel landdegradatie, en roep verlies van biodiversiteit een halt toe.

SDG 16. Bevorder vreedzame en inclusieve samenlevingen met het oog op duurzame ontwikkeling, verzeker toegang tot het
               rechtssysteem voor iedereen en creëer doeltreffende, verantwoordelijke en inclusieve instituties op elk niveau.

SDG 17. Versterk implementatiemiddelen en hernieuw het wereldwijde partnerschap voor duurzame ontwikkeling.

17 SDG's

169 Targets

232 Indicatoren

SDG 1
Roei armoede uit, overal en in alle vormen.

 7 targets

14 indicatoren

> Boek: paragraaf 7.2, 9.2

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

SDG 2
Roei honger uit, bereik voedselzekerheid, verbeter voeding en bevorder duurzame landbouw.

 8 targets

13 indicatoren

Boek: paragraaf 9.1

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

SDG 3

Verzeker een gezond leven en bevorder welzijn op elke leeftijd.

13 targets

27 indicatoren

Boek: paragraaf 9.1

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Verzeker gelijke toegang tot kwalitatief goed onderwijs en bevorder levenslang leren voor iedereen.

10 targets

11 indicatoren

Boek: paragraaf 12.1

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

SDG 5

Bereik gendergelijkheid en empowerment voor alle vrouwen en meisjes.

9 targets

14 indicatoren

Boek: paragraaf 9.3, 12.2

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

SDG 6

Verzeker beschikbaarheid en duurzaam beheer van water en sanitaire voorzieningen voor iedereen.

8 targets

11 indicatoren

Boek: paragraaf 9.1

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

SDG 7

Verzeker toegang tot betaalbare, betrouwbare, duurzame en moderne energie voor iedereen.

5 targets

6 indicatoren

Boek: paragraaf 9.1

 

 

 

 

SDG 8

Bevorder aanhoudende, inclusieve en duurzame economische groei, volledige en productieve werkgelegenheid en eerlijk werk voor iedereen.

12 targets

17 indicatoren

Boek: paragraaf 10.1

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

SDG 9

Bouw veerkrachtige infrastructuur, bevorder inclusieve en duurzame industrialisatie en stimuleer innovatie.

8 targets

12 indicatoren

Boek: paragraaf 10.2

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

SDG 10

Verminder ongelijkheid binnen en tussen landen.

10 targets

11 indicatoren

Boek: paragraaf 9.1

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

SDG 11

Maak steden en gemeenschappen inclusief, veilig, veerkrachtig en duurzaam.

10 targets

15 indicatoren

Boek: paragraaf 9.4

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

SDG 12

Verzeker duurzame consumptie- en productiepatronen.

11 targets

13 indicatoren

Boek: paragraaf 10.3

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

SDG 13

Onderneem urgente actie om klimaatverandering en de gevolgen ervan tegen te gaan.

5 targets

8 indicatoren

Boek: paragraaf 3.4

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

SDG 14

Conserveer en maak duurzaam gebruik van oceanen, zeeën en mariene hulpbronnen voor duurzame ontwikkeling.

10 targets

10 indicatoren

Boek: paragraaf 8.1

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

SDG 15

Bescherm, herstel en bevorder duurzaam gebruik van ecosystemen op land, beheer bossen duurzaam, bestrijd woestijnvorming, bestrijd en herstel landdegradatie, en roep verlies van biodiversiteit een halt toe.

12 targets

14 indicatoren

Boek: paragraaf 8.1

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

SDG 16

Bevorder vreedzame en inclusieve samenlevingen met het oog op duurzame ontwikkeling, verzeker toegang tot het rechtssysteem voor iedereen en creëer doeltreffende, verantwoordelijke en inclusieve instituties op elk niveau.

12 targets

23 indicatoren

Boek: paragraaf 12.2

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

SDG 17

Versterk implementatiemiddelen en hernieuw het wereldwijde partnerschap voor duurzame ontwikkeling.

19 targets

25 indicatoren

Boek: paragraaf 7.3, 10.4

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1.1 Roei in 2030 de extreme armoede uit voor alle mensen overal, momenteel gemeten als: mensen die van minder dan 1,25 dollar per dag leven.

    d.w.z. PPP$ 1,00 (in 2000) = PPP$ 1,25 (in 2005)
    = PPP$ 1,90 (in 2015) = PPP$2,15 (in 2022) per dag.

1.2 Verlaag in 2030 het aantal mannen, vrouwen en kinderen van alle leeftijden die in armoede leven tot hooguit de helft, in al zijn dimensies volgens nationale definities



1.3 Implementeer nationaal passende sociale beschermingsstelsels en maatregelen voor iedereen, inclusief minima, en bereik in 2030 een substantiële dekking van de armen en de kwetsbaren


1.4 Zorg ervoor dat alle mannen en vrouwen, met name de armen en de kwetsbaren, in 2030 gelijke rechten op economische middelen hebben, evenals toegang tot basisdiensten, eigendom en controle over land en andere vormen van eigendom, erfenis, natuurlijke hulpbronnen, passende nieuwe technologie en financiële diensten, inclusief microfinanciering

1.5 Realiseer in 2030 weerbaarheid van de armen en mensen in kwetsbare situaties op en verminder hun blootstelling aan en kwetsbaarheid voor klimaatgerelateerde extreme gebeurtenissen en andere economische, sociale en ecologische schokken en rampen








1.a Zorg voor een aanzienlijke mobilisatie van middelen uit verschillende bronnen, onder meer door versterkte ontwikkelingssamenwerking, om de ontwikkelingslanden, met name de minst ontwikkelde landen, adequate en voorspelbare middelen te bieden om programma's en beleid te implementeren om armoede in al zijn dimensies te beëindigen

1.b Creëer goede beleidskaders op nationaal, regionaal en internationaal niveau, gebaseerd op ontwikkelingsstrategieën ten gunste van de armen en het genderbeleid, ter ondersteuning van versnelde investeringen in armoedebestrijdingsacties

2.1 Maak in 2030 een einde aan de honger en zorg het hele jaar door voor toegang van alle mensen, met name de armen en mensen in kwetsbare situaties, inclusief baby's, tot veilig, voedzaam en voldoende voedsel

2.2 Maak in 2030 een einde aan alle vormen van ondervoeding, waaronder: bereik de internationaal overeengekomen doelen voor verdoving en verspilling bij kinderen jonger dan 5 jaar, tegen 2025, en richt daarbij op de voedingsbehoeften van adolescente meisjes, zwangere en zogende vrouwen en ouderen


2.3 Verdubbel in 2030 de landbouwproductiviteit en het inkomen van kleinschalige voedselproducenten, met name vrouwen, inheemse volkeren, familieboeren, veehouders en vissers, onder meer door veilige en gelijke toegang tot land, andere productieve hulpbronnen en inputs, kennis, financiële diensten , markten en kansen voor waardetoevoeging en niet-agrarische werkgelegenheid

2.4 Bereik in 2030 duurzame voedselproductiesystemen en veerkrachtige landbouwpraktijken die de productiviteit verhogen, helpen bij het behoud van ecosystemen en bij de aanpassing aan klimaatverandering, extreem weer, droogte, overstromingen en andere rampen, en de kwaliteit van land en bodem verbeteren

2.5 Houd vanaf 2020 de genetische diversiteit van zaden, gekweekte planten en gekweekte en gedomesticeerde dieren en hun verwante wilde soorten in stand, onder meer via goed beheerde en gediversifieerde zaad- en plantenbanken op nationaal, regionaal en internationaal niveau, en de toegang tot en eerlijke en billijk delen van voordelen die voortvloeien uit het gebruik van genetische hulpbronnen en bijbehorende traditionele kennis, zoals internationaal overeengekomen

2.a Verhoog investeringen, onder meer door versterkte internationale samenwerking, op het gebied van plattelandsinfrastructuur, landbouwonderzoek en voorlichtingsdiensten, technologieontwikkeling en genenbanken voor planten en vee om de landbouwproductieve capaciteit in ontwikkelingslanden, met name de minst ontwikkelde landen, te vergroten.

2.b Corrigeer en voorkom handelsbeperkingen en verstoringen op de mondiale landbouwmarkten, onder meer door gelijktijdige afschaffing van alle vormen van exportsubsidies voor landbouwproducten en alle exportmaatregelen van gelijke werking, in overeenstemming met het mandaat van de Doha-ontwikkelingsronde

2.c Neem maatregelen om de goede werking van de markten voor voedselgrondstoffen en hun derivaten te waarborgen en tijdige toegang tot marktinformatie, inclusief over voedselreserves, te vergemakkelijken, om extreme wisselvalligheid van de voedselprijzen te helpen beperken

3.1 Breng in 2030 de wereldwijde moedersterfte terug tot minder dan 70 per 100.000 levendgeborenen

3.2 Maak in 2030 een einde aan de vermijdbare sterfte van pasgeborenen en kinderen jonger dan 5 jaar, waarbij alle landen ernaar streven de neonatale sterfte te verminderen tot ten minste zo laag als 12 per 1.000 levendgeborenen en jonger dan 5 jaar tot ten minste zo laag als 25 per 1.000 levendgeborenen

3.3 Beëindig in 2030 de epidemieën van aids, tuberculose, malaria en verwaarloosde tropische ziekten en bestrijd hepatitis, door water overgebrachte ziekten en andere overdraagbare ziekten






3.4 Verminder in 2030 de voortijdige sterfte door niet-overdraagbare ziekten met een derde door preventie en behandeling en de geestelijke gezondheid en het welzijn bevorderen

3.5 Versterk de preventie en behandeling van middelenmisbruik, inclusief misbruik van verdovende middelen en schadelijk gebruik van alcohol




3.6 Halveer in 2020 het aantal wereldwijde doden en gewonden door verkeersongevallen

3.7 Bereik in 2030 universele toegang tot seksuele en reproductieve gezondheidszorg, inclusief voor gezinsplanning, informatie en onderwijs, en de integratie van reproductieve gezondheid in nationale strategieën en programma's

3.8 Bereik universele dekking van de gezondheid, inclusief bescherming van financiële risico's, toegang tot hoogwaardige essentiële gezondheidsdiensten en toegang tot veilige, effectieve, kwaliteitsvolle en betaalbare essentiële geneesmiddelen en vaccins voor iedereen





3.9 Bereik in 2030 een aanzienlijke vermindering van het aantal sterfgevallen en ziekten door gevaarlijke chemicaliën en lucht-, water- en bodemverontreiniging en besmetting



3.a Versterk de uitvoering van het Kaderverdrag van de Wereldgezondheidsorganisatie inzake tabakscontrole in alle landen, voor zover van toepassing

3.b Ondersteun het onderzoek en de ontwikkeling van vaccins en geneesmiddelen voor de overdraagbare en niet-overdraagbare ziekten die vooral ontwikkelingslanden treffen; bied toegang tot betaalbare essentiële geneesmiddelen en vaccins, in overeenstemming met de Verklaring van Doha over de TRIPS-overeenkomst en de volksgezondheid, die het recht bevestigt van ontwikkelingslanden om ten volle gebruik te maken van de bepalingen in de Overeenkomst inzake handelsgerelateerde aspecten van intellectuele eigendomsrechten met betrekking tot flexibiliteit om de volksgezondheid te beschermen, en met name toegang te bieden tot geneesmiddelen voor iedereen

3.c Zorg voor een substantiële verhoging van de gezondheidsfinanciering en de werving, ontwikkeling, opleiding en behoud van gezondheidswerkers in ontwikkelingslanden, met name in de minst ontwikkelde landen en kleine eilandstaten.

3.d Versterk de capaciteit van alle landen, met name ontwikkelingslanden, voor vroegtijdige waarschuwing, risicoreductie en beheer van nationale en mondiale gezondheidsrisico's

4.1 Zorg ervoor dat alle meisjes en jongens vanaf 2030 gratis, rechtvaardig en kwaliteitsvol basis- en voortgezet onderwijs hebben afgerond dat leidt tot relevante en effectieve leerresultaten

4.2 Zorg ervoor dat alle meisjes en jongens vanaf 2030 toegang hebben tot hoogwaardige ontwikkeling van de vroege kinderjaren, zorg en kleuteronderwijs, zodat ze klaar zijn voor het basisonderwijs


4.3 Bereik in 2030 gelijke toegang voor alle vrouwen en mannen tot betaalbaar en kwalitatief hoogstaand technisch, beroepsonderwijs en hoger onderwijs, inclusief universitair onderwijs

4.4 Bereik in 2030 een aanzienlijk vergroting van het aantal jongeren en volwassenen met relevante vaardigheden, waaronder technische en beroepsvaardigheden, ten behoeve van werk, fatsoenlijke banen en ondernemerschap

4.5 Bereik in 2030 de opheffing van genderverschillen in het onderwijs, en zorg voor gelijke toegang tot alle niveaus van onderwijs en beroepsopleiding voor de kwetsbaren, inclusief personen met een handicap, inheemse volkeren en kinderen in kwetsbare situaties

4.6 Zorg er in 2030 voor dat alle jongeren en een aanzienlijk deel van de volwassenen, zowel mannen als vrouwen, geletterdheid en rekenvaardigheid bereiken

4.7 Zorg ervoor dat alle leerlingen en studenten in 2030 de kennis en vaardigheden verwerven die nodig zijn om duurzame ontwikkeling te bevorderen, onder meer door middel van onderwijs voor duurzame ontwikkeling en duurzame levensstijlen, mensenrechten, gendergelijkheid, bevordering van een cultuur van vrede en geweldloosheid, wereldburgerschap en waardering voor culturele diversiteit en de bijdrage van cultuur aan duurzame ontwikkeling

4.a Bouw en versterk onderwijsfaciliteiten die kind-, handicap- en geslachtsgevoelig zijn en veilige, niet-gewelddadige, inclusieve en effectieve leeromgevingen bieden voor iedereen







4.b Breid in 2020 wereldwijd het aantal beschikbare beurzen voor ontwikkelingslanden aanzienlijk uit, met name voor de minst ontwikkelde landen, kleine eilandstaten en Afrikaanse landen, ten behoeve van deelname aan het hoger onderwijs in ontwikkelde landen en in andere ontwikkelingslanden, met inbegrip van beroepsopleiding en informatie- en communicatietechnologie, techniek, engineering en wetenschappelijke programma's

4.c Vergroot in 2030 aanzienlijk het aanbod van gekwalificeerde leraren, onder meer door internationale samenwerking voor lerarenopleidingen in ontwikkelingslanden, met name de minst ontwikkelde landen en kleine eilandstaten.


5.1 Beëindig alle vormen van discriminatie van vrouwen en meisjes overal


5.2 Elimineer alle vormen van geweld tegen alle vrouwen en meisjes in de publieke en private sfeer, inclusief mensenhandel en seksuele en andere vormen van uitbuiting







5.3 Elimineer alle schadelijke praktijken, zoals kind-, vroeg- en gedwongen huwelijken en genitale verminking van vrouwen




5.4 Erken en waardeer onbetaalde zorg en huishoudelijk werk door het aanbieden van openbare diensten, infrastructuur en beleid voor sociale bescherming en de bevordering van gedeelde verantwoordelijkheid binnen het huishouden en het gezin als nationaal passend

5.5 Zorg voor volledige en effectieve participatie van vrouwen en gelijke kansen voor leiderschap op alle niveaus van besluitvorming in het politieke, economische en openbare leven

5.6 Zorg voor universele toegang tot seksuele en reproductieve gezondheid en reproductieve rechten zoals overeengekomen in overeenstemming met het Actieprogramma van de Internationale Conferentie over Bevolking en Ontwikkeling en het Actieplatform van Beijing en de uitkomstdocumenten van hun toetsingsconferenties

5.a Voer hervormingen door om vrouwen gelijke rechten te geven op economische middelen, evenals toegang tot eigendom en controle over land en andere vormen van eigendom, financiële diensten, erfenis en natuurlijke hulpbronnen, in overeenstemming met de nationale wetgeving



5.b Verbeter het gebruik van activerende technologie, met name informatie- en communicatietechnologie, om de empowerment van vrouwen te bevorderen

5.c Bepaal en versterk degelijk beleid en afdwingbare wetgeving voor de bevordering van gendergelijkheid en de empowerment van alle vrouwen en meisjes op alle niveaus

6.1 Bereik in 2030 universele en billijke toegang tot veilig en betaalbaar drinkwater voor iedereen

6.2 Bereik in 2030 toegang tot adequate en rechtvaardige sanitaire voorzieningen en hygiëne voor iedereen, en maak een einde aan open ontlasting, met speciale aandacht voor de behoeften van vrouwen en meisjes en mensen in kwetsbare situaties

6.3 Bereik in 2030 een verbeterde waterkwaliteit door vervuiling te verminderen, dumping te elimineren, de uitstoot van gevaarlijke chemicaliën en materialen te minimaliseren, het aandeel van onbehandeld afvalwater te halveren en wereldwijd de recycling en veilig hergebruik aanzienlijk te verhogen

6.4 Verhoog tot 2030 de efficiëntie van het watergebruik in alle sectoren aanzienlijk, en zorg voor duurzame onttrekking en zoetwatervoorziening om waterschaarste aan te pakken en het aantal mensen dat aan waterschaarste lijdt aanzienlijk te verminderen

6.5 Implementeer in 2030 een geïntegreerd waterbeheer op alle niveaus, waar nodig door middel van grensoverschrijdende samenwerking

6.6 Bescherm en herstel tot 2020 watergerelateerde ecosystemen, waaronder bergen, bossen, wetlands, rivieren, grondwater en meren

6.a Breid tot 2030 de internationale samenwerking en steun voor capaciteitsopbouw uit naar ontwikkelingslanden bij water- en sanitaire activiteiten en programma's, waaronder waterwinning, ontzilting, waterefficiëntie, afvalwaterbehandeling, recycling en hergebruiktechnologieën

6.b Ondersteun en versterk de participatie van lokale gemeenschappen bij het verbeteren van water- en sanitatiebeheer


7.1 Zorg in 2030 voor universele toegang tot betaalbare, betrouwbare en moderne energiediensten

7.2 Vergroot in 2030 het aandeel van hernieuwbare energie in de wereldwijde energiemix aanzienlijk

7.3 Verdubbel in 2030 het tempo van verbetering van de energie-efficiëntie

7.a Verbeter tot 2030 de internationale samenwerking om de toegang tot onderzoek en technologie te faciliteren op het gebied van schone energie, met inbegrip van hernieuwbare energie, energie-efficiëntie en geavanceerde en schonere technologie voor fossiele brandstoffen; en bevorder investeringen in energie-infrastructuur en schone energietechnologie

7.b Breid tot 2030 de infrastructuur uit en verbeter de technologie voor het leveren van moderne en duurzame energiediensten voor iedereen in ontwikkelingslanden, met name de minst ontwikkelde landen, kleine eilandstaten en door land omgeven ontwikkelingslanden, in overeenstemming met hun respectieve steunprogramma's

8.1 Ondersteun de economische groei per hoofd van de bevolking in overeenstemming met de nationale omstandigheden en, in het bijzonder, een jaarlijkse groei van het BBP van ten minste 7% in de minst ontwikkelde landen.

8.2 Bereik een hoger niveau van economische productiviteit door diversificatie, technologische modernisering en innovatie, onder meer door een focus op sectoren met een hoge toegevoegde waarde en arbeidsintensieve sectoren

8.3 Bevorder ontwikkelingsgericht beleid ter ondersteuning van productieve activiteiten, het scheppen van fatsoenlijke banen, ondernemerschap, creativiteit en innovatie; en stimuleer de formalisering en groei van micro-, kleine en middelgrote ondernemingen, onder meer door toegang tot financiële diensten

8.4 Verbeter tot 2030 de wereldwijde hulpbronnenefficiëntie bij consumptie en productie, en probeer economische groei los te koppelen van achteruitgang van het milieu, in overeenstemming met het 10-jarig kader van programma's voor duurzame consumptie en productie, waarbij ontwikkelde landen het voortouw nemen

8.5 Bereik tegen 2030 volledige en productieve werkgelegenheid en fatsoenlijk werk voor alle vrouwen en mannen, ook voor jongeren en personen met een handicap, en een gelijk loon voor gelijkwaardig werk

8.6 Verminder tot 2020 aanzienlijk het aandeel jongeren dat niet werkt, geen onderwijs of opleiding volgt

8.7 Neem onmiddellijke en effectieve maatregelen om dwangarbeid uit te bannen; maak een einde aan moderne slavernij en mensenhandel en het verbod;  garandeer de uitbanning van de ergste vormen van kinderarbeid, inclusief werving en gebruik van kindsoldaten; en maak tegen 2025 een einde aan kinderarbeid in al zijn vormen

8.8 Bescherm arbeidsrechten, en bevorder veilige en beveiligde werkomgevingen voor alle werknemers, inclusief migrerende werknemers, met name vrouwelijke migranten, en werknemers met onzeker werk




8.9 Stel voor 2030 beleid op en voer dat uit, teneinde duurzaam toerisme te bevorderen dat banen creëert en de lokale cultuur en producten bevordert

8.10  Versterk de capaciteit van binnenlandse financiële instellingen om de toegang tot bank-, verzekerings- en financiële diensten voor iedereen aan te moedigen en uit te breiden



8.a Versterk de capaciteit van binnenlandse financiële instellingen om de toegang tot bank- en verzekeringsdiensten en financiële diensten voor iedereen aan te moedigen en uit te breiden.

8.b Ontwikkel tot 2020 een wereldwijde strategie voor werkgelegenheid voor jongeren en maak die operationeel, en implementeer het wereldwijde banenpact van de Internationale Arbeidsorganisatie ILO

9.1 Ontwikkel kwaliteitsvolle, betrouwbare, duurzame en veerkrachtige infrastructuur, inclusief regionale en grensoverschrijdende infrastructuur, ter ondersteuning van economische ontwikkeling en menselijk welzijn, met een focus op betaalbare en billijke toegang voor iedereen

9.2 Bevorder inclusieve en duurzame industrialisatie, verhoog tot 2030 het aandeel van de industrie in de werkgelegenheid en het bruto binnenlands product aanzienlijk, in overeenstemming met de nationale omstandigheden, en verdubbel het aandeel in de minst ontwikkelde landen

9.3 Verbeter de toegang van kleinschalige industriële en andere ondernemingen, met name in ontwikkelingslanden, tot financiële diensten, waaronder betaalbaar krediet, en verbeter hun integratie in waardeketens en markten

9.4 Verbeter infrastructuur tot 2030 en pas bedrijfstakken aan om ze duurzaam te maken, met verhoogde efficiëntie van hulpbronnengebruik en een grotere acceptatie van schone en milieuvriendelijke technologieën en industriële processen, waarbij alle landen actie ondernemen in overeenstemming met hun respectieve mogelijkheden

9.5 Versterk wetenschappelijk onderzoek; verbeter de technologische mogelijkheden van industriële sectoren in alle landen, met name ontwikkelingslanden, waarbij tot 2030 innovatie wordt aangemoedigd en het aantal onderzoeks- en ontwikkelingswerkers per 1 miljoen mensen en van publieke en particuliere uitgaven voor onderzoek en ontwikkeling substantieel wordt verhoogd

9.a Faciliteer duurzame en veerkrachtige infrastructuurontwikkeling in ontwikkelingslanden door verbeterde financiële, technologische en technische ondersteuning aan Afrikaanse landen, minst ontwikkelde landen, door land omgeven ontwikkelingslanden en kleine eiland-ontwikkelingslanden

9.b Ondersteun binnenlandse technologieontwikkeling, onderzoek en innovatie in ontwikkelingslanden, onder meer door te zorgen voor een gunstig beleidsklimaat voor onder meer industriële diversificatie en waardetoevoeging aan grondstoffen

9.c Verbeter  de toegang tot informatie- en communicatietechnologie aanzienlijk, en streef ernaar om tegen 2020 universele en betaalbare toegang tot internet te bieden in de minst ontwikkelde landen

10.1 Bereik en handhaaf tot 2030 geleidelijk de inkomensgroei van de onderste 40 procent van de bevolking met een snelheid die hoger is dan het nationale gemiddelde

10.2 Bekrachtig en bevorder tot 2030 empowerment en sociale, economische en politieke inclusie van iedereen, ongeacht leeftijd, geslacht, handicap, ras, etniciteit, afkomst, religie of economische of andere status

10.3 Zorg voor gelijke kansen en verklein ongelijke prestaties, onder meer door de eliminatie van discriminerende wetten, beleidsmaatregelen en praktijken en de bevordering van hiertoe passende wetgeving, beleidsmaatregelen en maatregelen

10.4 Stel beleid vast, met name op het gebied van fiscaliteit, loon en sociale bescherming, om geleidelijk meer gelijkheid te bereiken

10.5 Verbeter de regulering en monitoring van wereldwijde financiële markten en instellingen, en versterk de implementatie van dergelijke regelgeving

10.6 Zorg voor een betere vertegenwoordiging en stem voor ontwikkelingslanden bij de besluitvorming in mondiale internationale economische en financiële instellingen om effectievere, geloofwaardiger, verantwoordelijk en legitieme instellingen te leveren

10.7 Vergemakkelijk ordelijke, veilige, regelmatige en verantwoorde migratie en mobiliteit van mensen, onder meer door de uitvoering van gepland en goed beheerd migratiebeleid

10.a Pas het principe toe van speciale en gedifferentieerde behandeling voor ontwikkelingslanden, met name de minst ontwikkelde landen, in overeenstemming met afspraken van de Wereldhandelsorganisatie WTO

10.b Stimuleer officiële ontwikkelingshulp en financiële stromen, met inbegrip van directe buitenlandse investeringen, naar staten waar de behoefte het grootst is, met name de minst ontwikkelde landen, Afrikaanse landen, kleine eilandstaten en door land omgeven ontwikkelingslanden, in overeenstemming met hun nationale plannen en programma's

10.c Breng in 2030 de transactiekosten van geldovermakingen door migranten terug tot minder dan 3 procent; schaf overboekingscorridors met kosten van meer dan 5 procent af

11.1 Zorg in 2030  voor toegang voor iedereen tot adequate, veilige en betaalbare huisvesting en basisdiensten, en verbeter sloppenwijken

11.2 Bied in 2030 toegang tot veilige, betaalbare, toegankelijke en duurzame vervoerssystemen voor iedereen; verbeter de verkeersveiligheid , met name door het openbaar vervoer uit te breiden, met speciale aandacht voor de behoeften van mensen in kwetsbare situaties, vrouwen, kinderen, personen met een handicap en oudere personen

11.3 Verbeter tot 2030 inclusieve en duurzame urbanisatie en de capaciteit voor participatieve, geïntegreerde en duurzame planning en beheer van menselijke nederzettingen in alle landen

11.4 Versterk de inspanningen om het culturele en natuurlijke erfgoed van de wereld te beschermen en te behouden








11.5 Verminder in 2030 het aantal doden en het aantal getroffen personen aanzienlijk, en verlaag aanzienlijk de directe economische verliezen ten opzichte van het wereldwijde bruto binnenlands product als gevolg van rampen, waaronder watergerelateerde rampen verminderen, met een focus op de bescherming van de armen en mensen in kwetsbare gebieden situaties

11.6 Verminder in 2030 de nadelige milieueffecten per hoofd van de bevolking van steden, onder meer door speciale aandacht te besteden aan luchtkwaliteit en stedelijk en ander afvalbeheer


11.7 Bied in 2030 universele toegang tot veilige, inclusieve en toegankelijke, groene en openbare ruimtes, met name voor vrouwen en kinderen, ouderen en personen met een handicap



11.a Ondersteun positieve economische, sociale en ecologische verbanden tussen stedelijke, randstedelijke en plattelandsgebieden door versterking van de nationale en regionale ontwikkelingsplanning

11.b Verhoog tegen 2020 aanzienlijk het aantal steden en menselijke nederzettingen dat geïntegreerde beleidslijnen en plannen vaststelt en uitvoert met het oog op inclusie, efficiënt gebruik van hulpbronnen, beperking van en aanpassing aan de klimaatverandering, veerkracht bij rampen; en ontwikkel en implementeer, in overeenstemming met het Sendai Framework for Disaster Risk Reduction 2015-2030, holistisch beheer van rampenrisico's op alle niveaus.

11.c Ondersteun de minst ontwikkelde landen, onder meer door financiële en technische bijstand, bij het bouwen van duurzame en solide gebouwen met behulp van lokale materialen

12.1 Implementeer het 10-jarig programmakader voor duurzame consumptie- en productiepatronen, waarbij alle landen actie ondernemen, waarbij ontwikkelde landen het voortouw nemen, rekening houdend met de ontwikkeling en capaciteiten van ontwikkelingslanden

12.2 Bereik in 2030 een duurzaam beheer en efficiënt gebruik van natuurlijke hulpbronnen







12.3 Halveer in 2030 de wereldwijde voedselverspilling per hoofd van de bevolking op retail- en consumentenniveau, en verminder voedselverliezen langs productie- en toeleveringsketens, inclusief verliezen na de oogst

12.4 Realiseer in 2020 milieuhygiënisch verantwoord beheer van chemicaliën en alle afvalstoffen gedurende hun levenscyclus, in overeenstemming met overeengekomen internationale kaders; en verminder hun uitstoot in lucht, water en bodem aanzienlijk, om hun nadelige effecten op de menselijke gezondheid en het milieu te minimaliseren

12.5 Verminder tegen 2030 de afvalproductie aanzienlijk door preventie, reductie, recycling en hergebruik

12.6 Moedig bedrijven, met name grote en transnationale bedrijven, aan om duurzame werkwijzen te hanteren en duurzaamheidsinformatie te integreren in hun rapportagecyclus

12.7 Bevorder openbare aanbestedingspraktijken die duurzaam zijn, in overeenstemming met nationale beleidsmaatregelen en prioriteiten

12.8 Zorg er in 2030 voor dat mensen overal de relevante informatie en het besef hebben voor duurzame ontwikkeling en een levensstijl in harmonie met de natuur




12.a Ondersteun ontwikkelingslanden bij het versterken van hun wetenschappelijke en technologische capaciteit om te komen tot duurzamere consumptie- en productiepatronen

12.b Ontwikkel en implementeer instrumenten om de effecten te monitoren van duurzame ontwikkeling op duurzaam toerisme dat banen creëert en de lokale cultuur en producten bevordert

12.c Heroverweeg inefficiënte subsidies voor fossiele brandstoffen die verspilling bevorderen, door marktverstoringen op te heffen, in overeenstemming met nationale omstandigheden, mede door de belastingheffing te herstructureren en die schadelijke subsidies, indien deze bestaan, geleidelijk af te schaffen; teneinde hun milieueffecten tot uitdrukking te brengen, waarbij de specifieke behoeften en omstandigheden van ontwikkelingslanden volledig in acht worden genomen en de mogelijke negatieve effecten op hun ontwikkeling worden geminimaliseerd op een manier die de armen en de getroffen gemeenschappen beschermt

13.1 Versterk de veerkracht en het aanpassingsvermogen aan klimaatgerelateerde gevaren en natuurrampen in alle landen










13.2 Integreer maatregelen tegen klimaatverandering in nationale beleidsmaatregelen, strategieën en planning









13.3 Verbeter onderwijs, bewustmaking en menselijke en institutionele capaciteit op het gebied van mitigatie van de klimaatverandering, adaptatie, impactvermindering en vroegtijdige waarschuwing




13.a Maak de toezegging van de ontwikkelde landen waar, gedaan bij het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering (UNFCCC), om tegen 2020 jaarlijks 100 miljard dollar uit alle bronnen te mobiliseren, teneinde de behoeften van ontwikkelingslanden aan te pakken in de context van zinvolle mitigerende acties en transparantie over de uitvoering; en maak het Green Climate Fund zo snel mogelijk volledig operationeel door het te kapitaliseren

13.b Bevorder mechanismen voor het vergroten van de capaciteit voor effectieve planning en beheer met betrekking tot klimaatverandering in de minst ontwikkelde landen en kleine eilandontwikkelingsstaten, inclusief aandacht voor vrouwen, jongeren en lokale en gemarginaliseerde gemeenschappen

14.1 Voorkom of verminder aanzienlijk tegen 2025 alle soorten verontreiniging van de zee, met name door activiteiten op het land, met inbegrip van afval in zee en verontreiniging door voedingsstoffen

14.2 Beheer en bescherm vanaf 2020 op duurzame wijze mariene en kustecosystemen, om significante nadelige effecten te voorkomen, onder meer door hun veerkracht te vergroten; en onderneem actie voor hun herstel om een ​​gezonde en productieve oceaan te bereiken

14.3 Minimaliseer en bestrijd de effecten van verzuring van de oceaan, onder meer door verbeterde wetenschappelijke samenwerking op alle niveaus

14.4 Reguleer in 2020 effectief de visvangst; maak een einde aan overbevissing, illegale, niet-aangegeven en niet-gereglementeerde visserij en destructieve visserijpraktijken; en implementeer wetenschappelijk onderbouwde beheersplannen om de visbestanden zo snel mogelijk te herstellen, op zijn minst tot niveaus die een maximale duurzame opbrengst produceren, zoals bepaald door hun biologische kenmerken

14.5 Houd tegen 2020 minstens 10 procent van de kust- en zeegebieden in stand, in overeenstemming met nationale en internationale wetgeving en gebaseerd op de best beschikbare wetenschappelijke informatie

14.6 Verbied in 2020 bepaalde vormen van visserijsubsidies die bijdragen aan overcapaciteit en overbevissing; elimineer subsidies die bijdragen aan illegale, niet-aangegeven en niet-gereglementeerde visserij; en zie af van de introductie van dergelijke nieuwe subsidies, erkennend dat een passende en effectieve speciale en onderscheidende behandeling voor de ontwikkelende en de minst ontwikkelde landen een integraal onderdeel dient te zijn van de onderhandelingen over de visserijsubsidies van de Wereldhandelsorganisatie WTO

14.7 Vergroot in 2030 de economische voordelen voor kleine eilandstaten en de minst ontwikkelde landen door duurzaam gebruik van mariene hulpbronnen, onder meer door duurzaam beheer van visserij, aquacultuur en toerisme

14.a Vergroot de wetenschappelijke kennis; ontwikkel onderzoekscapaciteit en overdracht van mariene technologie, rekening houdend met de criteria en richtsnoeren van de Intergouvernementele Oceanografische Commissie voor de overdracht van mariene technologie, teneinde de gezondheid van de oceaan te verbeteren en de bijdrage te vergroten van de mariene biodiversiteit aan de ontwikkeling van ontwikkelingslanden, met name kleine eilandstaten en de minst ontwikkelde landen

14.b Bied toegang aan kleinschalige ambachtelijke vissers tot mariene hulpbronnen en markten


14.c Versterk het behoud en het duurzame gebruik van oceanen en hun rijkdommen door de uitvoering van het internationale recht, zoals weergegeven in het Zeerechtverdrag van de Verenigde Naties (UNCLOS), dat het wettelijk kader biedt voor het behoud en het duurzame gebruik van oceanen en hun rijkdommen, zoals beschreven in paragraaf 158 van "De toekomst die we willen"

15.1 Zorg in 2020 voor het behoud, herstel en duurzaam gebruik van terrestrische en binnenlandse zoetwaterecosystemen en hun diensten, met name bossen, wetlands, bergen en droge gebieden, in overeenstemming met verplichtingen uit hoofde van internationale overeenkomsten

15.2 Bevorder tot 2020 de implementatie van duurzaam beheer van alle soorten bossen; stop ontbossing, herstel aangetaste bossen, en vergroot de bebossing en herbebossing wereldwijd aanzienlijk

15.3 Bestrijd tot 2030 woestijnvorming; herstel aangetast land en bodem, inclusief land dat wordt getroffen door woestijnvorming, droogte en overstromingen; en streef naar een een wereld zonder verdere bodemdegradatie

15.4 Zorg in 2030 voor het behoud van bergecosystemen, inclusief hun biodiversiteit, om hun vermogen te vergroten om voordelen te bieden die essentieel zijn voor duurzame ontwikkeling

15.5 Neem urgente en betekenisvolle maatregelen om de aantasting van natuurlijke habitats te verminderen, het verlies aan biodiversiteit te stoppen en tegen 2020 het uitsterven van bedreigde soorten te beschermen en te voorkomen

15.6 Bevorder een eerlijke en billijke verdeling van de voordelen die voortvloeien uit het gebruik van genetische rijkdommen; en bevorder een passende toegang tot dergelijke rijkdommen, zoals internationaal overeengekomen

15.7 Neem urgente maatregelen om een ​​einde te maken aan stroperij en handel in beschermde soorten flora en fauna; pak zowel de vraag naar als het aanbod van illegale dieren in het wild aan

15.8 Voer in 2020 maatregelen in om de introductie van invasieve uitheemse soorten te voorkomen, de impact ervan op land- en waterecosystemen aanzienlijk te verminderen, en de meest schadelijke soorten te beheersen of uit te roeien

15.9 Integreer in 2020 ecosysteem- en biodiversiteitswaarden in nationale en lokale planning, ontwikkelingsprocessen, strategieën voor armoedebestrijding en rekeningen

15.a Zet financiële middelen uit alle bronnen in en verhoog ze aanzienlijk, om biodiversiteit en ecosystemen te behouden en duurzaam te gebruiken

15.b Zet aanzienlijke middelen uit alle bronnen en op alle niveaus in om duurzaam bosbeheer te financieren, en geef ontwikkelingslanden voldoende stimulansen om dergelijk beheer te bevorderen, inclusief voor behoud en herbebossing

15.c Versterk de wereldwijde steun voor inspanningen ter bestrijding van stroperij en handel in beschermde soorten, onder meer door de capaciteit van lokale gemeenschappen te vergroten om duurzame middelen van bestaan ​​na te streven

16.1 Verminder alle vormen van geweld en daarmee samenhangende sterftecijfers overal aanzienlijk








16.2 Maak een einde aan misbruik, uitbuiting, mensenhandel en alle vormen van geweld tegen en foltering van kinderen







16.3 Bevorder de rechtsstaat op nationaal en internationaal niveau en zorg voor gelijke toegang tot de rechter voor iedereen




16.4 Verminder in 2030 de illegale financiële en wapenstromen aanzienlijk; versterk het herstel en de teruggave van gestolen activa; en bestrijd alle vormen van georganiseerde misdaad




16.5 Verminder corruptie en omkoping in al hun vormen aanzienlijk








16.6 Ontwikkel effectieve, verantwoordelijke en transparante instellingen op alle niveaus





16.7 Zorg voor responsieve, inclusieve, participatieve en representatieve besluitvorming op alle niveaus






16.8 Verbreed en versterk de deelname van ontwikkelingslanden aan de instellingen voor mondiaal bestuur

16.9 Verstrek vanaf 2030 een wettelijke identiteit voor iedereen, inclusief geboorteregistratie

16.10 Zorg voor publieke toegang tot informatie; bescherm fundamentele vrijheden, in overeenstemming met nationale wetgeving en internationale overeenkomsten






16.a Versterk relevante nationale instellingen, onder meer door internationale samenwerking, voor het opbouwen van capaciteit op alle niveaus, met name in ontwikkelingslanden, om geweld te voorkomen en terrorisme en criminaliteit te bestrijden

16.b Bevorder en handhaaf niet-discriminerende wetten en beleidsmaatregelen voor duurzame ontwikkeling



Financiën

17.1 Versterk de mobilisatie van binnenlandse middelen, onder meer door internationale steun aan ontwikkelingslanden, om de binnenlandse capaciteit voor belastinginning en andere inning van inkomsten te verbeteren

17.2 Maak officiële toezeggingen voor ontwikkelingshulp door ontwikkelde landen waar, inclusief de toezegging van veel van hen om de doelstelling van 0,7 procent van het bruto nationaal inkomen voor officiële ontwikkelingshulp (ODA / BNI) aan ontwikkelingslanden te bereiken en 0,15 tot 0,20 procent van ODA / BNI naar minst ontwikkelde landen; aanmoedigen van ODA-aanbieders om een ​​doelstelling te overwegen om ten minste 0,20 procent van de ODA / BNI aan de minst ontwikkelde landen te verstrekken

17.3 Mobiliseer aanvullende financiële middelen voor ontwikkelingslanden uit meerdere bronnen



17.4 Help ontwikkelingslanden bij het bereiken van de beheersbaarheid van hun schulden op lange termijn, door middel van gecoördineerd beleid, gericht op het bevorderen van schuldfinanciering, schuldverlichting en schuldherstructurering op passende wijze; en pak de externe schuld van arme landen met een zware schuldenlast aan om schuldencrisis te verminderen

17.5 Bepaal en implementeer investeringsbevorderingsregelingen voor de minst ontwikkelde landen

Technologie

17.6 Verbeter de Noord-Zuid-, Zuid-Zuid- en driehoekige regionale en internationale samenwerking en de toegang tot wetenschap, technologie en innovatie; en verbeter kennisuitwisseling op onderling overeengekomen voorwaarden, onder meer door een betere coördinatie tussen bestaande mechanismen, met name op het niveau van de Verenigde Naties, en via een wereldwijd facilitatiemechanisme voor technologie

17.7 Bevorder ontwikkeling, overdracht, verspreiding en ontsluiting van milieuvriendelijke technologieën naar ontwikkelingslanden tegen gunstige voorwaarden, met inbegrip van concessionele en preferentiële voorwaarden, zoals onderling overeengekomen

17.8 Maak vanaf 2017 de technologiebank en het capaciteitsopbouwmechanisme voor wetenschap, technologie en innovatie volledig operationeel voor de minst ontwikkelde landen; en verbeter het gebruik van ondersteunende technologie, met name informatie- en communicatietechnologie

Capaciteitsopbouw

17.9 Versterk de internationale steun voor de uitvoering van effectieve en gerichte capaciteitsopbouw in ontwikkelingslanden ter ondersteuning van nationale plannen voor de verwezenlijking van alle duurzame ontwikkelingsdoelen, onder meer via Noord-Zuid, Zuid-Zuid en driehoekige samenwerkingcooperation

Handel

17.10 Bevorder een universeel, op regels gebaseerd, open, niet-discriminerend en billijk multilateraal handelsstelsel in het kader van de Wereldhandelsorganisatie, onder meer door de afronding van onderhandelingen in het kader van haar ontwikkelingsagenda van Doha

17.11 Vergroot de export vanuit ontwikkelingslanden aanzienlijk, met name gericht op een verdubbeling in 2020 van het aandeel van de minst ontwikkelde landen in de wereldwijde export

17.12 Realiseer de tijdige implementatie van een belastingvrije en quotavrije markttoegang op een duurzame basis voor alle minst ontwikkelde landen, in overeenstemming met beslissingen van de Wereldhandelsorganisatie, onder meer door ervoor te zorgen dat de preferentiële oorsprongsregels die van toepassing zijn op import uit de minst ontwikkelde landen transparant en eenvoudig zijn en bijdragen aan het vergemakkelijken van markttoegang

Systemische thema's:           Beleidsmatige en 

17.13 Verbeter de wereldwijde macro-economische stabiliteit, onder meer door beleidscoördinatie en beleidscoherentie

17.14 Verbeter de beleidscoherentie voor duurzame ontwikkeling

17.15 Respecteer de beleidsruimte en het leiderschap van elk land om beleid voor armoedebestrijding en duurzame ontwikkeling op te stellen en uit te voeren

Systemische thema's:              Multi-stakeholder 

17.16 Versterk het wereldwijde partnerschap voor duurzame ontwikkeling, aangevuld met partnerschappen met meerdere belanghebbenden die kennis, expertise, technologie en financiële middelen mobiliseren en delen, ter ondersteuning van het bereiken van de doelen voor duurzame ontwikkeling in alle landen, met name ontwikkelingslanden

17.17 Stimuleer doeltreffende partnerschappen tussen overheid, particuliere sector en de civil society, voortbouwend op de ervaring en de financieringsstrategieën van partnerschappen

Systemische thema's:   Gegevens, monitoring

17.18 Versterk in 2020 de ondersteuning van capaciteitsopbouw aan ontwikkelingslanden, inclusief voor de minst ontwikkelde landen en kleine eilandstaten, teneinde aanzienlijk de beschikbaarheid te vergroten van hoogwaardige, tijdige en betrouwbare gegevens uitgesplitst naar inkomen, geslacht, leeftijd, ras, etniciteit, migratiestatus, handicap, geografische locatie en andere kenmerken die relevant zijn in nationale contexten



17.19 Bouw tot 2030 voort op bestaande initiatieven om metingen van de vooruitgang op het gebied van duurzame ontwikkeling te ontwerpen, die een aanvulling vormen op het bruto binnenlands product; en bied ondersteuning voor de opbouw van statistische capaciteit in ontwikkelingslanden

1.1.1 Deel van de bevolking onder de internationale armoedegrens, naar geslacht, leeftijd, arbeidsrelatie en geografische locatie (stedelijk/platteland)

  
 

1.2.1 Deel van de bevolking dat leeft onder de nationale armoedegrens, naar geslacht en leeftijd
1.2.2 Deel van de mannen, vrouwen en kinderen van alle leeftijden dat leeft in armoede, in alle dimensies volgens nationale definities

1.3.1 Deel van de bevolking dat valt onder sociale bescherming, naar geslacht, met onderscheid naar kinderen, werklozen, ouderen, mensen met beperkingen, zwangere vrouwen, pasgeborenen, arbeidsgehandicapten, armen en kwetsbaren

1.4.1 Deel van de bevolking dat woont in huishoudens met toegang tot basisvoorzieningen
1.4.2 Deel van de totale volwassen bevolking met veiliggestelde landeigendomsrechten, met wettelijk erkende documentatie, dat hun landrechten als veiliggesteld beschouwt, naar geslacht en eigendomsrecht

1.5.1 Aantal doden, vermisten, en door rampen getroffen mensen per 100 000 personen
   (= 11.5.1 = 13.1.1)
1.5.2 Directe economische verliezen als gevolg van rampen in relatie tot het bbp (global GDP)
1.5.3 Aantal landen dat nationale strategieën voor risicobeperking bij rampen goedkeurt en uitvoert in overeenstemming met het Sendai Framework voor risicobeperking bij rampen 2015-2030     (= 11.b.1 = 13.1.2)
1.5.4 Percentage lokale overheden dat lokale rampenrisicoverminderingsstrategieën hanteert en implementeert in overeenstemming met nationale rampenrisicoverminderingsstrategieën

1.a.1 Deel hulpbronnen dat de overheid direct toewijst aan armoedebestrijdingsprogramma’s
1.a.2 Deel van totale overheidsuitgaven aan basisvoorzieningen (opleiding, gezondheid en sociale bescherming)
1.a.3 Som van totale subsidies en niet-schuldscheppende instromen die rechtstreeks worden toegewezen aan programma's voor armoedebestrijding als percentage van het bbp

1.b.1 Deel van de terugkerende­ en kapitaaluitgaven door de overheid dat voornamelijk ten goede komt aan vrouwen, armen en kwetsbare groepen


2.1.1 Prevalentie van ondervoeding
2.1.2 Prevalentie van matige of ernstige voedselonzekerheid in de bevolking, gebaseerd op de Food Insecurity Experience Scale (FIES)

2.2.1 Prevalentie van groeiachterstand bij kinderen onder de 5 jaar (lengte voor de leeftijd <­2 standaardafwijking van de mediaan van de WHO Child Growth Standards)
2.2.2 Prevalentie van ondervoeding/verkeerde voeding bij kinderen onder de 5 jaar (lengte voor de leeftijd >+2 of <­2 standaardafwijking van de mediaan van de WHO Child Growth Standards), naar type (onder­ en overgewicht)

2.3.1 Productievolume per eenheid arbeid naar grootteklasse van agrarische/veehouder/ bosbouw onderneming
2.3.2 Gemiddeld inkomen van kleine voedselproducenten, naar geslacht en inheemse status




2.4.1 Aandeel van productieve en duurzame landbouw in het totale landbouwgebied






2.5.1 Aantal plant­ en dierlijke genetische bronnen voor voedsel en landbouw veiliggesteld voor de (middel)lange termijn in conservatiefaciliteiten
2.5.2 Aandeel lokale soorten geclassificeerd als met uitsterven bedreigd, niet bedreigd of met onbekend risico op uitsterven




2.a.1 De agrarische oriëntatie­index voor overheidsuitgaven
2.a.2 Totaal officiële stromen (officiële ontwikkelingshulp plus andere officiële stromen) naar de landbouwsector



2.b.1 Landbouwexportsubsidies







2.c.1 Indicator prijsafwijkingen voor voedingsmiddelen





3.1.1 Moedersterfte
3.1.2 Deel van de geboorten dat wordt begeleid door deskundig gezondheidspersoneel

3.2.1 Kindersterfte onder de 5 jaar
3.2.2 Neonatale sterfte






3.3.1 Aantal nieuwe HIV­besmettingen per 1 000 niet-besmette bevolking naar leeftijd, geslacht en belangrijkste doelgroepen
3.3.2 Aantal nieuwe tbc­gevallen per 1 000 van de bevolking
3.3.3 Aantal nieuwe malaria­gevallen per 1 000 van de bevolking
3.3.4 Aantal nieuwe hepatitis B­gevallen per 100 000 van de bevolking
3.3.5 Aantal mensen dat behandeld moet worden voor verwaarloosde tropische ziekten

3.4.1 Sterfte toegeschreven aan hart­ en vaatziekten, kanker, suikerziekte of chronische ademhalingsaandoeningen
3.4.2 Sterfte als gevolg van zelfdoding

3.5.1 Dekking van behandelingen (farmacologisch, psychosociaal, revalidatie en nazorg) voor stoornissen met middelengebruik
3.5.2 Schadelijk alcoholgebruik, gedefinieerd binnen de nationale context als alcoholgebruik per hoofd van de bevolking (van 15 jaar en ouder) binnen een kalenderjaar, in liters pure alcohol

3.6.1 Sterfte aan verwondingen door verkeersongevallen

3.7.1 Deel van de vrouwen in de vruchtbare leeftijd (leeftijd 15­49) dat kan voorzien in hun behoefte aan gezinsplanning met moderne methoden
3.7.2 Geboortecijfers onder tieners (leeftijd 10­14; leeftijd 15­19) per 1000 vrouwen in diezelfde leeftijdsgroep

3.8.1 Dekking van basisgezondheidsvoorzieningen (gedefinieerd als de gemiddelde dekking van basiszorg gebaseerd op tracerinterventies waaronder gezondheidszorg gericht op voortplanting, moeders, pasgeborenen en jeugd, infectieziektes, niet­overdraagbare ziektes, en servicecapaciteit en toegankelijkheid voor de algemene en de meest kansarme bevolking)
3.8.2 Aantal mensen dat gedekt wordt door een ziektekostenverzekering of openbare gezondheidszorg per 1000 van de bevolking

3.9.1 Sterfte toegeschreven aan luchtvervuiling binnen­ en buitenshuis
3.9.2 Sterfte toegeschreven aan verontreinigd water, verontreinigd sanitair en gebrekkige hygiëne (WASH)
3.9.3 Sterfte toegeschreven aan onopzettelijke vergiftiging

3.a.1 Voor leeftijd gestandaardiseerde prevalentie van het huidige tabaksgebruik van personen van 15 jaar en ouder


3.b.1 Deel van de bevolking met toegang tot betaalbare medicijnen en vaccinaties op een duurzame basis
3.b.2 Totale netto officiële hulp bij het ontwikkelen van medisch onderzoek en de basisgezondheidssectoren
3.b.3 Aandeel gezondheidsinstellingen met een kernpakket relevante essentiële geneesmiddelen beschikbaar en betaalbaar op duurzame basis






3.c.1 Dichtheid en verdeling van gezondheidspersoneel




3.d.1 Internationale gezondheidsregulering (IHR) kerncapaciteiten en paraatheid voor noodsituaties in de volksgezondheid

4.1.1 Deel van de kinderen en jongeren: (a) in klassen 2/3; (b) aan het eind van het basisonderwijs; en (c) aan het eind van lager voortgezet onderwijs met minimaal een basaal (i) lees­ (ii) en rekenvaardigheidsniveau, naar geslacht

4.2.1 Deel van de kinderen onder de 5 dat qua ontwikkeling meekomt op het gebied van gezondheid, scholing en psychosociaal welzijn, naar geslacht
4.2.2 Participatiegraad in georganiseerd leren (een jaar vóór de leerplichtige leeftijd voor het basisonderwijs), naar geslacht

4.3.1 Participatiegraad van jongeren en volwassenen in formeel en informeel onderwijs en opleiding in de afgelopen 12 maanden, naar geslacht

4.4.1 Deel van de jongeren/volwassenen met vaardigheden in informatie­ en communicatietechnologie (ICT), naar soort vaardigheid

4.5.1 Pariteitsindices (vrouw/man, ruraal/stedelijk, laagste/hoogste welvaartskwantiel en andere zoals invaliditeitsstatus, oorspronkelijke bevolking en door conflict getroffenen als er gegevens beschikbaar komen) voor alle indicatoren op deze lijst die kunnen worden uitgesplitst

4.6.1 Percentage van de bevolking in een bepaalde leeftijdsgroep met minimaal een vaststaand niveau in functionele (a) lees­ en schrijfvaardigheid en (b) rekenvaardigheid, naar geslacht

4.7.1 Mate waarin (i) opvoeding tot wereldburgerschap en (ii) onderwijs in duurzame ontwikkeling, inclusief gendergelijkheid en mensenrechten op alle niveaus zijn opgenomen in: (a) nationaal onderwijsbeleid, (b) curricula, (c) leraren­ opleidingen en (d) studentenbeoordelingen




4.a.1 Deel van de scholen met toegang tot: (a) elektriciteit; (b) internet voor onderwijsdoeleinden; (c) computers voor onderwijsdoeleinden; (d) aangepaste infrastructuur en materialen voor studenten met beperkingen; (e) basis drinkwatervoorziening; (f) afzonderlijke sanitaire basis­ voorzieningen per geslacht; en (g) basisvoorzieningen om handen te wassen (volgens de definities van de indicator water, sanitair en hygiëne voor iedereen (Water, Sanitation and Hygiene for All (WASH))

4.b.1 Volume officiële ontwikkelingshulpstromen voor studie­ beurzen per sector en soort studie








4.c.1 Aandeel leraren in: (a) voorscholen; (b) basisonderwijs; (c) lager voortgezet onderwijs; en (d) hoger voortgezet onder­ wijs dat tenminste een minimale georganiseerde lerarenopleiding (bv. pedagogiek) vooropleiding of bijscholing heeft gevolgd vereist om te onderwijzen op het relevante niveau in een bepaald land.

5.1.1 Bestaan van wettelijke kaders om gelijkheid en anti-discriminatie op basis van geslacht te bevorderen, te handhaven en er toezicht op te houden

5.2.1 Deel van de vrouwen en meisjes van 15 jaar en ouder dat ooit een partner heeft gehad, en werd onderworpen aan fysiek, seksueel of geestelijk geweld door de huidige of voormalige intieme partner, in de afgelopen 12 maanden, naar soort geweld en naar leeftijd
5.2.2 Deel van de vrouwen en meisjes van 15 jaar en ouder, onderworpen aan seksueel geweld door anderen dan een intieme partner, in de afgelopen 12 maanden, naar leeftijd en plaats van handeling

5.3.1 Deel van de vrouwen in de leeftijd van 20­24 die getrouwd waren of een verbintenis hadden toen ze onder de 15 en onder de 18 jaar waren
5.3.2 Deel van de vrouwen en meisjes in de leeftijd 15­49 dat genitale verminking/besnijdenis heeft ondergaan, naar leeftijd

5.4.1 Deel van de tijd dat wordt besteed aan onbetaald huishoudelijk werk of zorgtaken, naar geslacht, leeftijd en locatie



5.5.1 Deel van de zetels bekleed door vrouwen in nationale parlementen en lokale overheden
5.5.2 Deel van de vrouwen in leidinggevende functies

5.6.1 Deel van de vrouwen in de leeftijd van 15­49 dat hun eigen goedgeïnformeerde beslissingen neemt over seksuele relaties, voorbehoedsmiddelen en reproductieve gezondheidszorg
5.6.2 Aantal landen met wet­ en regelgeving die vrouwen in de leeftijd van 15­49 toegang garandeert tot seksuele en reproductieve gezondheidszorg, informatie en educatie

5.a.1 (a) Deel van de totale landbouwbevolking met eigendoms­ of veilige pachtrechten over landbouwgrond naar geslacht; en (b) het deel van de vrouwen onder eigenaars en rechthebbenden van landbouwgrond, naar eigendomsrecht
5.a.2 Aandeel landen waar het wettelijk kader (inclusief gewoonterecht) gelijke rechten voor vrouwen op eigendomsrecht op en/ of controle over land garandeert

5.b.1 Aandeel individuele personen in bezit van een mobiele telefoon, naar geslacht


5.c.1 Aandeel landen met systemen om toewijzingsregelingen/ allocaties te traceren en te openbaar te maken voor gelijke rechten en empowerment voor vrouwen

6.1.1 Deel van de bevolking dat gebruik maakt van veilig beheerde drinkwatervoorzieningen

6.2.1 Deel van de bevolking dat gebruik maakt van veilig beheerde sanitaire voorzieningen, inclusief voorziening voor handenwassen met zeep en water


6.3.1 Deel van de het afvalwater dat veilig wordt behandeld
6.3.2 Aandeel waterlichamen met goede waterkwaliteit voor de (natuurlijke) omgeving




6.4.1 Verandering van de efficiency van het watergebruik, c.q. waterproductiviteit, in de loop van de tijd
6.4.2 Niveau van waterstress: onttrekking van zoetwater als deel van de beschikbare zoetwaterbronnen

6.5.1 Mate van implementatie van integraal waterbeheer (0­100)
6.5.2 Het deel van de waterstroomgebieden dat valt onder grensoverschrijdende samenwerking op het gebied van water

6.6.1 Verandering in de tijd in het voorkomen van water­ gerelateerde ecosystemen


6.a.1 Bedrag aan officiële ontwikkelingshulp bestemd voor water­ en sanitair­gerelateerde voorzieningen dat deel uit­ maakt van een door de overheid gecoördineerd bestedingsplan




6.b.1 Deel van de lokale overheden met ontwikkeld, operationeel beleid en procedures die geschikt zijn voor de deelname van lokale gemeenschappen aan het beheer van water en sanitaire voorzieningen

7.1.1 Deel van de bevolking met toegang tot elektriciteit
7.1.2 Deel van de bevolking primair afhankelijk van schone brandstof en technologie

7.2.1 Aandeel van hernieuwbare energie in de totale energieconsumptie

7.3.1 Energie­intensiteit gemeten in termen van primaire energie en bbp

7.a.1 Gemobiliseerd bedrag in US-dollars per jaar te beginnen in 2020 dat aan het $100 miljard gecommitteerde bedrag wordt toegerekend





7.b.1 Investeringen in energie­efficiency als percentage van het bbp en het bedrag aan directe buitenlandse investeringen in financiële overdracht ten behoeve van infrastructuur en technologie voor duurzame ontwikkelingsdiensten


8.1.1 Jaarlijkse groei van het bbp per hoofd van de bevolking



8.2.1 Jaarlijkse groei van het werkelijke bbp per werkzame persoon




8.3.1 Aandeel informele werkgelegenheid in niet­agrarische werkgelegenheid, naar geslacht





8.4.1 Grondstoffenvoetafdruk, grondstoffenvoetafdruk per hoofd van de bevolking, grondstoffenvoetafdruk per bbp
  (= 12.2.1)
8.4.2 Binnenlands materialenverbruik, binnenlands materialenverbruik per hoofd van de bevolking, binnenlands materialenverbruik per bbp  (= 12.2.2)

8.5.1 Gemiddeld uurloon van vrouwelijke en mannelijke werk­ nemers, naar beroep, leeftijd en mensen met beperkingen
8.5.2 Werkloosheidspercentage, naar geslacht, leeftijd en mensen met beperkingen

8.6.1 Aandeel jongeren (leeftijd 15­24) dat niet deelneemt aan onderwijs, werk of opleiding

8.7.1 Aandeel en aantal kinderen in de leeftijd 5­17 dat kinderarbeid verricht, naar geslacht en leeftijd





8.8.1 Frequentie van fatale en niet­fatale bedrijfsongevallen, naar geslacht en migrantenstatus
8.8.2 Toename in naleving van arbeidsrechten (vrijheid van vereniging en collectief onderhandelen) gebaseerd op schriftelijke bronnen van de International Labour Organization (ILO) en nationale wetgeving, naar geslacht en migrantenstatus

8.9.1 Toerisme, direct bbp als percentage van het totale bbp en als groeipercentage
8.9.2 Aantal banen in de toerisme­industrie (als percentage van het totaal aantal banen en groeipercentages van banen, naar geslacht

8.10.1 Aantal commerciële vestigingen van banken en geld­ automaten (ATM’s) per 100 000 volwassenen
8.10.2 Aandeel volwassenen (15 jaar en ouder) met een bank­ rekening of rekening bij een andere financiële instelling of bij mobile money serviceproviders

8.a.1 Hulp voor handelsverplichtingen (Aid for Trade) en uitbetalingen



8.b.1 Totale overheidsuitgaven aan sociale bescherming en werkgelegenheidsprogramma’s als percentage van de nationale begrotingen en het bbp

9.1.1 Deel van de rurale bevolking dat in een straal van 2 km van een verharde weg woont
9.1.2 Passagiers­ en vrachtvolumes, per transportmodaliteit



9.2.1 Toegevoegde waarde van de industrie als percentage van het bbp en per hoofd van de bevolking
9.2.2 Werkgelegenheid in de industrie als percentage van de totale werkgelegenheid


9.3.1 Aandeel van kleinschalige industrieën in de totale toegevoegde waarde van de industrie
9.3.2 Aandeel van kleinschalige industrieën met een lening of kredietlijn


9.4.1 CO2-uitstoot per eenheid toegevoegde waarde






9.5.1 Uitgaven aan Research en Development als percentage van het bbp
9.5.2 Onderzoekers (in voltijd­equivalenten) per miljoen inwoners





9.a.1 Totale officiële internationale ondersteuning (officiële ontwikkelingshulp plus andere officiële stromingen) ten aanzien van infrastructuur




9.b.1 Aandeel van toegevoegde waarde van medium­ en hightechindustrie in de totale toegevoegde waarde



9.c.1 Deel van de bevolking gedekt door een mobiel netwerk, naar technologie



10.1.1 Groeicijfers van huishoudelijke bestedingen of inkomen per hoofd van de bevolking bij de laagste 40 procent van de bevolking en de totale bevolking

10.2.1 Deel van de mensen dat beneden de 50 procent van het mediane inkomen leeft, naar leeftijd, geslacht en mensen met beperkingen



10.3.1 Deel van de bevolking dat meldt dat zij zich persoonlijk gediscrimineerd of lastiggevallen voelden in de afgelopen 12 maanden op basis van de discriminatiegrond verboden volgens de internationale mensenrechtenwetgeving

10.4.1 Aandeel van arbeid in het bbp, bestaande uit lonen en sociale overdrachten

10.5.1 Financial Soundness Indicators / Indicatoren financiële draagkracht


10.6.1 Aandeel leden en stemrecht van ontwikkelingslanden in internationale organisaties



10.7.1 Rekruteringskosten gedragen door de werknemer als percentage van het jaarinkomen verdiend in het land van bestemming
10.7.2 Aantal landen met een goed geleid migratiebeleid

10.a.1 Aandeel van tarieflijnen toegepast op import van de minst ontwikkelde landen/ontwikkelingslanden met nul­tarief



10.b.1 Totale hulpmiddelenstroom voor ontwikkeling, uitgesplitst naar ontvangende en donorlanden en type stroom (e.g. officiële ontwikkelingshulp, directe buitenlandse investeringen en andere stromen)



10.c.1 Overmakingskosten als percentage van het overgemaakte bedrag



11.1.1 Deel van de stedelijke bevolking dat leeft in sloppenwijken, informele nederzettingen of inadequate behuizing

11.2.1 Deel van de bevolking dat gemakkelijk toegang heeft tot openbaar vervoer, naar geslacht, leeftijd en mensen met beperkingen






11.3.1 Verhouding tussen landgebruik en percentage bevolkingsgroei
11.3.2 Aandeel steden met een directe burgerparticipatiestructuur in stadsplanning en ­beheer die regulier en democratisch functioneert

11.4.1 Totaal uitgave (publiek en privaat) per hoofd van de bevolking aan het behoud, de bescherming en het onderhoud van het cultureel en natuurlijk erfgoed, naar soort erfgoed (cultureel, natuurlijk, gemengd en wat is aangewezen als Werelderfgoed), type overheid (nationaal, regionaal en lokaal/gemeentelijk), soort uitgave (exploitatiekosten/investeringen) en soort particuliere financiering (donaties in natura, particuliere non-profitsector en sponsors)

11.5.1 Aantal doden, vermisten, en mensen die getroffen zijn door rampen per 100 000 personen  (= 1.5.1 = 13.1.1)
11.5.2 Direct economisch verlies door rampen in relatie tot het bbp (globaal) inclusief schade aan belangrijke infrastructuur en ontwrichting van basisvoorzieningen door rampen
   (= 1.5.4 = 13.1.3)

11.6.1 Aandeel vast gemeentelijk afval dat regelmatig wordt opgehaald en adequaat wordt verwerkt ten opzichte van het totale gegenereerde afval, naar steden
11.6.2 Jaarlijkse gemiddelde fijnstof niveaus (b.v. PM2.5 en PM10) in steden (gewogen bevolking)

11.7.1 Het gemiddelde deel van bebouwd gebied in steden dat openbaar toegankelijke open ruimte is, naar geslacht, leeftijd en mensen met beperkingen
11.7.2 Deel van de mensen onderworpen aan fysieke of seksuele intimidatie, naar geslacht, leeftijd, beperking en plaats van handeling, in de afgelopen 12 maanden

11.a.1 Deel van de bevolking dat in steden woont die stedelijke en regionale ontwikkelingsplannen uitvoeren waarin bevolkingsprognoses en benodigde hulpbronnen worden meegenomen, per grootte van de stad

11.b.1 Aantal landen dat nationale strategieën voor risicobeperking bij rampen goedkeurt en uitvoert in overeenstemming met het Sendai Framework voor risicobeperking bij rampen 2015-2030    (= 1.5.3 = 13.1.2)
11.b.2 Aandeel van lokale overheden die lokale rampenrisicoverminderingsstrategieën vaststellen en implementeren in overeenstemming met nationale rampenrisicoverminderingsstrategieën

11.c.1 Aandeel van financiële ondersteuning van de minst ontwikkelde landen bestemd voor de constructie en retrofitting van duurzame, robuuste en energiezuinige gebouwen met gebruik van plaatselijke materialen

12.1.1 Aantal landen met nationale actieplannen op het gebied van duurzame consumptie en productie (Sustainable Consumption and Production, SCP) of waar duurzame consumptie en productie als prioriteit of doelstelling is opgenomen in het nationale beleid

12.2.1 Grondstoffen voetafdruk en grondstoffen voetafdruk per hoofd van de bevolking en grondstoffen voetafdruk per bbp (material footprint)  (= 8.4.1)
12.2.2 Binnenlands materialenverbruik, (domestic material consumption) binnenlands materialenverbruik per hoofd van de bevolking, binnenlands materialenverbruik per bbp
   (= 8.4.2)

12.3.1 Index wereldwijd voedselverlies/ Global food loss index




12.4.1 Aantal partijen in internationale, multilaterale milieu­ verdragen over gevaarlijk afval en andere chemicaliën, die voldoen aan hun toezeggingen en verplichtingen op het verstrekken van informatie zoals vereist binnen elk relevant verdrag
12.4.2 Gevaarlijk afval gegenereerd per hoofd van de bevolking en aandeel verwerkt afval, naar soort verwerking

12.5.1 Nationaal recyclingpercentage, tonnen gerecycleerd materiaal

12.6.1 Aantal bedrijven dat duurzaamheidsrapporten publiceert



12.7.1 Aantal landen dat beleid en actieplannen op het gebied van duurzame overheidsopdrachten uitvoert

12.8.1 Mate waarin (i) opvoeding tot wereldburgerschap en (ii) onderwijs in duurzame ontwikkeling, inclusief gendergelijkheid en mensenrechten op alle niveaus zijn opgenomen in: (a) nationaal onderwijsbeleid, (b) curricula, (c) lerarenopleidingen en (d) studentenbeoordelingen

12.a.1 Bedrag aan ondersteuning voor ontwikkelingslanden voor Research en Development naar duurzame consumptie en productie en milieuvriendelijke technologie.

12.b.1 Aantal duurzame strategieën of beleid en implementatie actieplannen voor toerisme met afspraken over toezicht en evaluatie-instrumenten

12.c.1 Bedrag aan subsidies voor fossiele brandstoffen per eenheid bbp (productie en consumptie) en als deel van de totale nationale uitgaven aan fossiele brandstoffen












13.1.1 Aantal doden, vermisten en mensen die getroffen zijn door rampen, per 100 000 personen   (= 1.5.1 = 11.5.1)
13.1.2 Aantal landen dat nationale strategieën voor risicobeperking bij rampen goedkeurt en uitvoert in overeenstemming met het Sendai Framework voor risicobeperking bij rampen 2015-2030   (= 1.5.3 = 11.b.1)
13.1.3 Percentage lokale overheden dat lokale rampenrisicoverminderingsstrategieën hanteert en implementeert in overeenstemming met nationale rampenrisicoverminderingsstrategieën

13.2.1 Aantal landen dat heeft gecommuniceerd over het opstellen of operationaliseren van geïntegreerd beleid/strategieplan dat hun adaptiecapaciteit vergroot t.a.v. de negatieve gevolgen van klimaatverandering en klimaatbestendigheid bevordert en lage uitstoot van broeikasgassen op een wijze die de die de voedselproductie niet in gevaar brengt (inclusief een nationaal adaptatieplan, nationaal vastgestelde bijdrage nationale communicatie, tweejaarlijkse voortgangsrapport e.d.)

13.3.1 Aantal landen dat matiging, adaptatie, impactreductie en ‘early warning’ geïntegreerd heeft in het lesprogramma van het primair, secondair en tertiair onderwijs
13.3.2 Aantal landen dat heeft gecommuniceerd over het versterken van institutionele, systematische en individuele capaciteitsopbouw met betrekking tot adaptatie, mitigatie, technologische overdracht en ontwikkelingsacties

13.a.1 Gemobiliseerd bedrag in US-dollars per jaar te beginnen in 2020 dat aan het $100 miljard gecommitteerde bedrag is gewijd







13.b.1 Aantal minst ontwikkelde landen en kleine eilandstaten dat gespecialiseerde steun ontvangt, inclusief financiering, technologie en capaciteit, voor mechanismes die de capaciteiten vergroten voor de effectieve planning en beheer t.a.v. klimaatsverandering, inclusief de focus op vrouwen, jongeren, lokale en gemarginaliseerde gemeenschappen

14.1.1 Index voor eutrofiëring in kustgebieden en dichtheid van drijvend plastic afval



14.2.1 Deel van de nationaal exclusieve economische gebieden beheerd volgens een ecosysteem aanpak




14.3.1 Gemiddelde mariene zuurgraad (pH) gemeten door een afgesproken aantal representatieve bemonsteringsstations

14.4.1 Aandeel visvoorraad op biologisch duurzaam niveau








14.5.1 Deel van het mariene areaal dat valt onder beschermde gebieden



14.6.1 Vooruitgang in landen in de mate van implementatie van internationale instrumenten voor het bestrijden van illegale, niet­gerapporteerde en niet­gereglementeerde visserij








14.7.1 Duurzame visserij als een percentage van het bbp in kleine eilandstaten in ontwikkeling, de minst ontwikkelde landen en alle landen


14.a.1 Deel van de het budget toegewezen aan research op het gebied van mariene technologie









14.b.1 Vooruitgang door landen in het doorvoeren van een wettelijk/regelgevings­/beleids­/institutioneel kader dat de toegangsrechten van kleinschalige visserij erkent en beschermt

14.c.1 Aantal landen dat vooruitgang boekt in het ratificeren, aannemen en implementeren – door middel van wettelijke, beleids­ of institutionele kaders – oceaan­gerelateerde instrumenten die de internationale wetgeving implementeren zoals opgenomen in the United Nations Convention on the Law of the Sea (UNCLOS), voor het behoud en duurzaam gebruik van de oceanen en hun hulpbronnen

15.1.1 Bebost gebied als percentage van het totale land­ oppervlak
15.1.2 Deel van de hotspots voor terrestrische en zoetwater biodiversiteit dat valt onder beschermde gebieden, naar type ecosysteem


15.2.1 Vooruitgang in duurzaam bosbeheer




15.3.1 Aandeel gedegradeerd land ten opzichte van het totale landoppervlak



15.4.1 Deel van de hotspots voor biodiversiteit in berg­ gebieden dat valt onder beschermd gebied
15.4.2 Mountain Green Cover Index

15.5.1 Rode Lijst Indexcijfers





15.6.1 Aantal landen dat wettelijke ­, administratieve­ en beleidskaders heeft aangenomen om een eerlijke en recht­ vaardige verdeling van baten te verzekeren


15.7.1 Aandeel verhandelde wilde dieren dat gestroopt of illegaal verhandeld is   (= 15.c.1)



15.8.1 Aandeel van landen met nationale wetgeving en afdoende financiering voor de preventie en beheersing van invasieve exoten



15.9.1 Vooruitgang ten aanzien van nationale Doelstellingen conform Aichi Biodiversity Target 2 van het Strategic plan for biodiversity 2011­2020

15.a.1 Officiële ontwikkelingshulp en overheidsuitgaven aan behoud en duurzaam gebruik van biodiversiteit en ecosystemen
    (= 15.b.1)

15.b.1 Officiële ontwikkelingshulp en overheidsuitgaven aan behoud en duurzaam gebruik van biodiversiteit en ecosystemen
    (= 15.a.1)


15.c.1 Aandeel verhandelde wilde dieren dat gestroopt of illegaal verhandel is   (= 15.7.1)




16.1.1 Aantal slachtoffers van moord met voorbedachten rade per 100 000 van de bevolking, naar geslacht en leeftijd
16.1.2 Conflictgerelateerde sterfte per 100 000 van de bevolking naar geslacht, leeftijd, en oorzaak
16.1.3 Percentage van de bevolking onderworpen aan fysiek, psychologisch of seksueel geweld in de afgelopen 12 maanden
16.1.4 Deel van de mensen dat zich veilig voelt als zij alleen in hun buurt lopen

16.2.1 Deel van de kinderen in de leeftijd van 1­17 dat te maken heeft gehad met lijfstraffen en/of psychisch geweld van verzorgers in de afgelopen maand
16.2.2 Aantal slachtoffers van mensenhandel per 100 000 van de bevolking, naar geslacht, leeftijd en vorm van uitbuiting
16.2.3 Deel van de jonge vrouwen en mannen in de leeftijd van 18­29 dat voor hun 18de te maken heeft gehad met seksueel geweld

16.3.1 Deel van de geweldsslachtoffers in de afgelopen 12 maanden dat hun slachtofferschap heeft gemeld aan het bevoegde gezag of andere officieel erkende conflictoplossende mechanismes
16.3.2 Niet­veroordeelde gevangenen als percentage van de totale gevangenispopulatie

16.4.1 Totale waarde van illegale financieringsstromen naar binnen­ en buitenland (in werkelijke US-dollars)
16.4.2 Aandeel van in beslag genomen handvuurwapens en lichte wapens die zijn geregistreerd en getraceerd, conform de internationale maatstaven en wettelijke instrumenten

16.5.1 Deel van de personen met tenminste één contact met een ambtenaar dat ambtenaren steekpenningen heeft betaald of om steekpenningen is gevraagd in de afgelopen 12 maanden
16.5.2 Deel van de bedrijven met tenminste één contact met een ambtenaar dat ambtenaren steekpenningen heeft betaald of om steekpenningen is gevraagd in de afgelopen 12 maanden

16.6.1 Primaire overheidsuitgaven als percentage van de oorspronkelijke goedgekeurde begroting, naar sector (of begrotingscode e.d.)
16.6.2 Deel van de bevolking dat tevreden is over hun laatste ervaring met overheidsdiensten

16.7.1 Aandeel van posities (naar geslacht leeftijd, personen met een beperking en bevolkingsgroepen) in overheidsinstellingen (nationale en lokale wetgevers, overheidsdiensten en de rechterlijke macht) vergeleken met de landelijke verhoudingen
16.7.2 Deel van de bevolking dat gelooft in inclusieve en interactieve besluitvorming, naar geslacht, leeftijd, beperking en bevolkingsgroep

16.8.1 Aandeel leden en stemrecht van ontwikkelingslanden in internationale organisaties   (= 10.6.1)

16.9.1 Deel van de kinderen onder de 5 van wie de geboorte is geregistreerd door een civiele instantie, naar leeftijd

16.10.1 Aantal geverifieerde gevallen van moord, kidnap, gedwongen verdwijningen, willekeurige detentie en marteling van journalisten, aanverwant mediapersoneel, vakbondsleden en voorvechters van mensenrechten, in de afgelopen 12 maanden
16.10.2 Aantal landen dat vrije toegang tot formatie heeft vastgelegd en geïmplementeerd in de grondwet, wetgeving en/of politieke garanties

16.a.1 Bestaan van onafhankelijke nationale mensenrechteninstellingen in overeenstemming met de beginselen van Parijs



16.b.1 Aandeel van de bevolkingsrapportage die zich in de afgelopen 12 maanden persoonlijk gediscrimineerd of lastiggevallen voelde op grond van een grond van discriminatie die verboden is krachtens de internationale mensenrechtenwetgeving

    

17.1.1 Totale overheidsinkomsten als aandeel van het bbp, per bron
17.1.2 Deel van de nationale begroting gefinancierd door nationale belastingen

17.2.1 Netto officiële ontwikkelingshulp, totaal en aan de minst ontwikkelde landen, als percentage van het bruto nationaal inkomen (BNI) van de donoren van de Commissie voor Ontwikkelingsbijstand van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO)






17.3.1 Directe buitenlandse investeringen (FDI), officiële ontwikkelingshulp en Zuid­Zuid samenwerking als aandeel van de totale binnenlandse begroting
17.3.2 Volume aan overdrachten (in US-dollars) als aandeel van het totale bbp

17.4.1 Schuldendienst als aandeel van de export van goederen en diensten







17.5.1 Aantal landen dat investeringsbeleid voor de minst ontwikkelde landen heeft aangenomen en geïmplementeerd

  

17.6.1 Aantal samenwerkingsverdragen en programma’s op wetenschappelijk en technisch gebied tussen landen, per soort samenwerking
17.6.2 Vaste internet breedband abonnementen per 100 inwoners, naar snelheid




17.7.1 Totaalbedrag aan toegezegde financiering voor ontwikkelingslanden om de ontwikkeling, overdracht, verspreiding en doorgifte van milieuvriendelijke technologieën te bevorderen


17.8.1 Aandeel van de personen dat internet gebruikt





  

17.9.1 De dollarwaarde van financiële en technische ondersteuning (inclusief door Noord­Zuid, Zuid­Zuid en trilaterale samenwerking) toegezegd aan ontwikkelingslanden



  

17.10.1 Wereldwijd gewogen gemiddelde heffingen




17.11.1 Aandeel van ontwikkelingslanden en minst ontwikkelde landen in wereldwijde export


17.12.1 Gemiddelde heffingen voor ontwikkelingslanden, de minst ontwikkelde landen en kleine eilandstaten in ontwikkeling








institutionele samenhang

17.13.1 Macro­economisch dashboard


17.14.1 Aantal landen met instrumenten voor het bevorderen van coherent duurzaam ontwikkelingsbeleid

17.15.1 Mate waarin aanbieders van ontwikkelingssamenwerking gebruik maken van resultenkaders en planningsinstrumenten opgesteld door het land zelf

partnerschappen

17.16.1 Aantal landen dat vooruitgang rapporteert in kaders die het bereiken van de duurzame ontwikkelingsdoelen ondersteunen (met multi­stakeholder development effectiveness monitoring frameworks)



17.17.1 Bedrag in US-dollars toegezegd aan publiek­private en civiele samenwerking


en verantwoording

17.18.1 Aandeel duurzame ontwikkelingsindicatoren dat op nationaal niveau wordt geproduceerd met volledige disaggregatie daar waar relevant voor het doel, conform de Fundamentele Principes van Officiële Statistieken (FPOS)
17.18.2 Aantal landen met nationale statistische wetgeving conform de Fundamentele Principes van Officiële Statistieken (FPOS)
17.18.3 Aantal landen met een nationaal statistisch programma dat volledig gefinancierd en geïmplementeerd, naar financieringsbron

17.19.1 Waarde in dollars van alle middelen die beschikbaar worden gesteld om de statistische capaciteit in ontwikkelingslanden te versterken
17.19.2 Aandeel van landen dat in de afgelopen 10 jaar (a) ten minste een volks­en woningtelling heeft gehouden; en (b) 100 procent geboorteregistratie en 80 procent aangifte van overlijden heeft bereikt